donderdag 14 juli 2011

Weer inpakken

Het is achteraf een onzinnig plan om anderhalve week na aankomst in Virginia, naar Nederland te vliegen. Niet alleen praktisch, de koffers hebben net hun plek in de kelderkast gevonden en er staan ook nog steeds verhuisdozen, maar ook emotioneel.

‘Kom je donderdag ook lunchen’, vraagt de Canadese vriendin. ‘Er komen twee andere vriendinnen die jij nog kent.’
Nou nee, dat gaat niet.
Ik heb een Britse vriendin aan de telefoon, die ik nog ken uit zowel onze eerste tijd in Virginia, als uit Houston. In onze eerste jaar daar, woonden ze bij ons in de wijk. Ze is de afgelopen maanden erg ziek geweest en we willen elkaar graag weer boven een kop thee spreken in plaats van over de telefoon.
‘Dan wordt het augustus’, concluderen we.

Julian heeft ook niet zo’n zin om weer afscheid te nemen en Simeon gilt dat hij wil dat Christopher komt spelen.
‘Waarom zijn we zo kort in Virginia?’ vraagt Julian.
‘Omdat jij zo graag aan de laatste zwemwedstrijd mee wilde doen, konden we niet eerder verhuizen en we kunnen niet later naar Nederland want mama d’r zus is zwanger en straks missen we de geboorte van je nieuwe neef of nicht.’ Het lukt me aardig om anderen de schuld te geven van dit te strakke tijdschema.
‘Het is niet erg, het is alleen nu een beetje lastig. Maar we zien iedereen in augustus weer, oké?’ voeg ik er snel aan toe, voordat Julian zichzelf verwijten gaat maken.

We vliegen vanmiddag, ik ga nu verder met pakken. Hopelijk komen de opladers van de fototoestellen nog tevoorschijn en past er een extra lange broek in de koffer, gezien de herfst in Nederland.
We kijken er naar uit om iedereen weer te zien en echt bij te praten. Maar het meest kijk ik uit naar die eerste cappuccino bij m’n zus op het terras: het espresso apparaat is niet meer uit de dozen gekomen.

1 opmerking: