dinsdag 1 mei 2012

weegschaal


Ik sta op de weegschaal en schud mijn hoofd: dat is net iets teveel. Nu geeft mijn weegschaal Amerikaanse ponden aan en dan lijkt het al snel veel, maar ik heb toch liever dat het schermpje mijn streefgewicht laat zien. In gedachten ga ik na wat ik de afgelopen dagen gegeten heb. Borrelnootjes uit Nederland, drop uit Nederland, stroopwafels en hagelslag uit Nederland. Iedere keer dat Harro terugkomt, zit z’n koffer vol met lekkers.

De voorraadkast puilt dus uit en we graaien naar hartelust. Ik hou twee dagen bij wat de moeilijke momenten zijn en die vallen voor mij -niet verrassend- rond een uur of vier ‘s middags en ‘s avonds als ze er eindelijk in liggen en ik met laptop op de bank plof.
Dus koop ik fruit, veel fruit om de aandacht van die dropjes af te leiden. Ook koop ik limoenen om de glazen water smaak te geven, zodat ik niet naar de bosbessenlimonade grijp die Harro ook heeft meegenomen. Het lijkt niet zo, maar het stikt van de calorieën in een bodempje siroop.
Ooit heb ik een keer een interview gelezen met Paul de Leeuw over afvallen. Zijn tip was: ‘prent je in dat een knorrende maag een lekker gevoel is.’ Dat doe ik en denk niet aan de chips die ook in huis is en de chocoladekoekjes die Simeon beslist wilde kopen gisteren.

Langzaam komt dezelfde ervaring van een tijdje geleden terug: als je niet toegeeft aan de behoefte aan zoet en zout, verdwijnt de drang. Het voelt beter en vlak voordat Harro opnieuw in het vliegtuig stapt, belooft hij om deze keer niet naar de AH te gaan.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten